Een dorpsschool in Sardinië op woensdagochtend is anders dan wat ik me herinner van mijn oude basisschool. De school wordt omringd door een ruig berglandschap en er straalt een februarizonnetje op het plein. De kinderen komen allen in uniform en met een rugtas op die voor velen twee keer zo lang is als hun eigen rug. Wanneer ze de klas binnenkomen, gebeurt er iets wat ik niet ken, maar wat me wel heel blij maakt. Elke leerling begroet de lerares met een knuffel die wordt beantwoord met een kus. Het voelt heel ongedwongen. De leerlingen lijken oprecht blij om hun leerkracht te zien en omgekeerd ook.
Het is overigens maar goed als je een goede band hebt met je leerkracht op de basisschool, want ze blijven de hele schoolperiode bij je. Er vindt niet zoals in Nederland elk jaar een wisseling plaats. Om de start van het schoolgaande kind makkelijker te maken, wordt van de ouders verwacht dat ze meegaan naar school om zo samen met het kind een aantal weken te wennen. Daarna is de medezeggenschap van ouders minimaal en blijkt de leuke juf die knuffels en kussen geeft toch aardig autoritair te zijn. Je hoeft niet de discussie met haar aan te gaan, of je nou leerling of ouder bent. Dit wordt verre van gewaardeerd. Huiswerk maken is al vanaf de eerste klas (groep 3) een must en de kinderen gaan naar huis om half vijf. Daar staat wel een lange middagpauze met uitgebreide lunch tegenover. Aan de rijke culinaire cultuur en gewoonten kan niet worden getornd.
Wanneer leerlingen 11 jaar zijn gaan zij naar de “scuola media”, de middelbare school. Deze is verdeeld in de “scuola media inferiore” en de “scuola media superiore”. De eerste is vergelijkbaar met onze brugklas. Het is een basisopleiding die voor iedereen verplicht is en die na drie jaar wordt afgesloten met een examen. De inhoud ervan is in het hele land gelijk, om zo ook iedereen een zelfde basis en gelijke kansen te bieden. Vervolgens kun je doorstromen naar de “superiore”: een meer gespecialiseerde vervolgopleiding die o.a. bestaat uit het klassieke lyceum, het kunstzinnig lyceum, het wetenschappelijk lyceum, een technische opleiding en wat meer beroepsgerichte opleidingen. Afhankelijk van het niveau en de richting die wordt gekozen duurt de “superiore” drie tot zes jaar. De “scuola media” wordt afgesloten met de “maturità”, het examen.
Hoe de band tussen docent en leerling is, wordt me niet heel duidelijk in mijn zoektocht. Ik ontdek wel veel artikelen van Italiaanse wetenschappers over het belang van een goede relatie tussen beide, waarin hiërarchie niet een te grote rol speelt. Ze zijn het er in elk geval over eens dat een goede relatie bevorderlijk is voor het leren en de ontwikkeling van leerlingen.
Tijdens mijn half jaar studie in Italië heb ik zelf ervaren dat de docent veelal op wat ouderwetse manier lesgeeft. Hij of zij staat voor de klas twee uur lang een verhaal te vertellen terwijl de leerlingen luisteren. Echter, was er met name na de lessen ook ruimte voor discussie, een gesprek en eigen ideeën.
Een groot probleem op de middelbare scholen van nu is dat er weinig jonge aanwas van leerkrachten is om een nieuwe wind te blazen. Ik kan me voorstellen dat hierdoor het onderwijs wat meer behouden blijft. In 2018 stond Italië wat betreft de kwaliteit van het onderwijs op de 34e plaats (ter vergelijking: Nederland was dat jaar 16e). Er is dus ruimte voor verbetering.
Hoe het ook zij, de sfeer op het dorpsschooltje is me altijd bijgebleven en het lijkt me heerlijk om op zo’n ongedwongen, informele manier voor een klas met zo’n twaalf leerlingen te staan. Het dorp is immers niet groter. Dat is wel even wat anders dan de dertig die we hier gewend zijn.
Voor een betere werking van onze platforms en om je relevantere informatie te kunnen tonen, gebruiken we cookies en soortgelijke technologieën, zowel van KlasseStudent als van derden. Voor meer info ga naar Cookie Statement